Woning, voorzieningen, economie, gronden, … perspective.brussels verzamelt en analyseert de informatie die noodzakelijk is voor de ontwikkelingsstrategie van het Gewest.
De spelregels voor de stedelijke ontwikkeling in Brussel worden geformuleerd in verschillende verordenende en/of strategische instrumenten met gewestelijke of gemeentelijke draagwijdte.
De visie tot versterking van het open ruimte netwerk in en rond Brussel, is de vrucht van de studie ‘OPEN Brussels’, een initiatief van perspective.brussels en Leefmilieu Brussel, in samenwerking met de Vlaamse partners Departement Omgeving Vlaanderen, Agentschap Natuur en Bos en OVAM. De studie kadert binnen het interregionaal samenwerkingsprogramma met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling van de Noordrand “TOP Noordrand”.
De studie, die werd uitgevoerd door het studieconsortium BUUR, Antea en Hesselteer, had tot doel om samen met de Vlaamse partners een visie te ontwikkelen voor de versterking van een duurzaam en interregionaal samenhangend open ruimte netwerk met aandacht voor biodiversiteit, water, koelte, stilte, educatie, lokaal voedsel, recreatie en actieve mobiliteit. Aan de basis van deze visie ligt de gedeelde overtuiging dat open ruimte een essentieel onderdeel vormt van de stad. Een ecologische optimalisatie van het Brusselse open ruimte netwerk is de aangewezen manier om, in het bijzonder, een verdere verdichting van de stad op een kwalitatieve manier te laten verlopen. Daarnaast draagt het zowel bij tot de sociale cohesie, de leefkwaliteit en de gezondheid van de Brusselaar als tot de veerkracht, attractiviteit en de globale waarde van het grondgebied.
De studie focust op de 20ste-eeuwse noordelijk rand en definieert naast de gekende concentrische structuren - zoals de Groene gordel, de grote, midden- en kleine ring - ook radiale open ruimte structuren. Deze laatste zijn 12 “open ruimte corridors” die het centrum verbinden met de grotere open ruimtes in de rand : Dilbeek - Ninoofsepoort, E40-Elisabethpark, Vallei van de Molenbeek, Koninklijk Domein – Meise, Van Praetbrug – Tangebeek, Maalbeek – Kanaal, Zennevallei, Schaarbeek-Machelen, Josaphat-Zaventem, E40-Vuilbeek, Woluwedal, Trawool.
De algemene visie is bedoeld als hulpmiddel voor het toekomstige ruimtelijke beleid. Ze laat toe om de investeringen in open ruimte prioritair op de gedefinieerde zones te richten. De grootste troeven zullen gehaald worden uit het verhogen van de “ecosysteemdiensten” van de reeds bestaande open ruimte : de mate waarin een gebied koelte verschaft, water opvangt, biodiversiteit herbergt, luchtvervuiling afvangt of geluidsoverlast buffert,…
Het studieconsortium blijft de komende 4 jaar beschikbaar om concreet de handen uit de mouwen te steken dankzij de lancering van een opdrachtencentrale. Dit wil zeggen dat zij in opdracht van gewestelijke instanties of gemeentes verschillende vervolgopdrachten kunnen uitvoeren die er bijvoorbeeld op gericht zijn, straten te ontharden, parken te “vernatten”, stadstoegangen te vergroenen of waterlopen terug open te leggen.